Lorraine in beeld (3)
Van Delme, via Oron, Frémery, Chicourt, Château-Bréhain, Bellange en Morhange naar Riche

 

Klik op de foto voor een vergroting

Delme ligt halverwege Nomeny en Morhange aan de D955. Op het plaatselijke kerkhof bevinden zich 23 graven en deze gedenksteen in de muur. 

Blik op de sobere locatie in Delme.

Op 20 augustus 1922 werd een monument voor het 43ste R.I. coloniale onthuld in Oron. De nationale haan siert de gedenksteen met de namen van de gesneuvelden. 

Blik in kleur op het monument, waar alleen het jaar 1914 op te vinden is. 

Op de Nécropole Nationale van Frémery staat het 146ste R.I. centraal. Op de roemruchte 20ste augustus 1914 vielen 133 Fransen in de gevechten tegen de Beierse troepen. Samen met 13 Duitsers vormen ze een typische begraafplaats uit 1914.

De Nécropole stamt uit 1927 en ligt ten zuidoosten van Frémery .

De Nécropole Nationale van Chicourt bevat eveneens Franse en Duitse militairen. Het Duitse monument is zichtbaar links van het Franse. 

Opschrift van het Duitse monument: "Den Heldentot für ihr Vaterland starben hier am 20-VIII.14:..."

Opschrift van het ossuaire op Nécropole Nationale van Chicourt.

Sfeerbeeld op Nécropole Nationale van Chicourt.

Nécropole Nationale de Château-Bréhain, waar vooral het 153e R.I. van de roemruchte kolonel Grandmaison wordt herdacht. Grandmaison werd berucht door het schrijven van het Franse concept van l' offensive à tout prix.

En opnieuw duikt 20 augustus 1914 op, de dag dat Duitse en Franse legers frontaal op elkaar botsten. 

Het monument en ossuaire van Bréhain ligt ten oosten van het dorpje langs een tegenwoordig doodlopende weg. 

Het monument uit 1929 bevat een speciale vermelding voor het 39ste Regiment Artillerie dat de Beierse troepen met hun 75 mm's probeerden tegen te houden.

Het eenzame graf van kapitein Tavard van het 160e R.I., die op 20 augustus 1914 sneuvelde, achter de kerk van Bellange.

Het kerkje van Bellange.

Bord langs de D999 ten westen van Morhange.

De gedenknaald op een hoogte ten westen van Morhange; tot hier kwamen de Franse legers toen de Duitsers op bevel van von Moltke besloten terug te slaan. 

De Franse driekleur en de vlag van Lorraine op het terrein van het monument.

Morhange. Verder zouden de Fransen tot 1918 niet komen.

Soldatenfriedhof Morhange was in 1914 al garnizoenskerkhof. Bijna 5000 lichamen werden er vanaf augustus 1914 toegevoegd.  

Het eenvoudige kruis midden op de begraafplaats.

Naast de oorlogsgraven bevat Soldatenfriedhof Morhange tientallen graven die tussen 1871 en 1914 rustplaats werden voor Duitse militairen en hun familie die in Lorraine gelegerd waren. 

Fraaie voorbeelden van Duitse graven uit het interbellum.

De streek kent veel Cimetières, waaronder een fraai gelegen exemplaar in Riche, ten zuiden van Morhange.

Cimetière Militaire Francais de Riche, op de vlakte ten zuiden van Morhange.

De kapel bij de begraafplaats is in 1928 geopend en bevat glas in loodramen uit die tijd en enkele vervangen exemplaren van na de 2e Wereldoorlog.

Hoewel de kapel een opknapbeurt heeft ondergaan ontbreekt een deel van het kruis op de gevel. 

Het monument op Cimetière Militaire Francais de Riche stamt uit 1924 en werd in het bijzijn van generaal de Castelnau onthuld. De Castelnau's tweede zoon is op Riche begraven.

Een van de door rozen omgeven ossuaires van Riche.

Het graf van luitenant de Castelnau, wiens beroemde vader bevelhebber was ten tijde van de slag om de grenzen en wiens ijzige kalmte bijdroeg aan de redding van Nancy. De Castelnau zou 3 zoons verliezen. 

 

-V-

Terug naar top