Mons, Maubeuge en le Quesnoy in beeld (1)
Van La Louvière tot Nimy (Mons)
 

 

Klik op de foto voor een vergroting

De laatste Canadese soldaat die sneuvelde in de Grote Oorlog was soldaat Price. Het is een van de wrede ironieën van de oorlog dat op een steenworp afstand, in het Belgische Mons, de oorlog voor het Britse Rijk begon op de beruchte 23ste augustus 1914. Het monument voor Price staat vlak bij het Canal du Centre waar de Britten zich destijds achter hadden verschanst in afwachting van de Duitse legers, die op de 22ste door verkenners waren waargenomen.

De tekst in brons op het monument vertelt dat Price’s kameraden het monument op 11 november 1968 onthulden. Price stierf om 10.58. Om 11.00 was het vrede.

Langs de spoorlijnen die parallel aan het kanaal lopen verdedigde het 4e Middlesex Bataljon de kanaaloever. Het regiment werd meer dan gehalveerd op die fatale 23ste augustus. 

Waar het eenvoudig monument nu staat stond destijds een gebouw vanwaar de Duitse troepen onder vuur werden genomen. Het bord rechts markeert een van de punten langs de Monstour die door de plaatselijke VVV wordt aangeboden. 

De plaque op het monument meldt dat het 4e Middlesex Bataljon de eerste schoten van de oorlog afvuurde op de naderende Duitse troepen.

Aan de Chaussee de Mons ligt restaurant le Medicis. Aan de wand onder het grote venster is een plaque te vinden die plaats en tijd markeert van de Canadese opmars op 11 november 1918.

Voor het 116de Canadese Bataljon eindigde de Grote Oorlog op deze plek.

Schuin tegenover de plaque voor de Canadezen staat dit monument, waar op 22 augustus 1914 het eerste treffen plaats vond tussen de Royal Irish Dragoon Guards en de voorste gelederen van het Duitse IIe korps.

De plaque op het monument vertelt in Frans en Duits van de eerste schotenwisselingen.

Aan de Chaussee Brunehault in het Bois des Dames staat dit monument voor op 2 maart 1916 gefusilleerde burgers. Vlak achter het monument wurmen tientallen auto’s zich iedere morgen naar het NAVO-hoofdkantoor SHAPE.

De gedenksteen op het monument.

Enkele kilometers ten noorden van Mons, in het bescheiden Masnuy-Saint-Pierres, zijn Belgische en Britse graven te vinden op de landelijke begraafplaats. Een kruis met lauwerkrans domineert de Belgische graven.

De militaire graven domineren de kleine begraafplaats.

In de voet van het monument is de datum van onthulling te vinden: 10 september 1926, door prins Charles Theodore van België, graaf van Vlaanderen, de 2e zoon van koning Albert. De metalen lauwerkrans bevat de tekst: “Les Charbonnages d’Hensies Pommeroeul Societe Annonyme Aux soldats tombes pour la patrie en 1914 a Pommeroeul” (krans gelegd door de vereniging anonieme soldaten uit de kolenstreek Pommeroeul voor de soldaten die in 1914 voor het vaderland vielen)

Graf van een onbekende Belgische militair.

Belgische graven in Masnuy-Saint-Pierres.

Graf van soldaat Waddington, gestorven in maart 1918, op de begraafplaats van Masnuy-Saint-Pierres.

Detailfoto van het graf van soldaat Waddington.

Aan de Rue Albert 1er in Jurbise staat tegen de kerkmuur dit monument voor de gevallenen.

Op de begraafplaats van het nietige Erbisoeul staat dit verweerde monumentje annex grafsteen voor Ulysse vanBreuze.

Aan de route de Lens in Herchies is deze Britse plot te vinden met 8 graven. De steen links is voor een Belgische krijgsgevangene uit de Tweede Wereldoorlog die in 2008 overleed.

Het opschrift van het monument rept over het sneuvelen van de Schotse militairen bij de bevrijding van Herchies op 10 en 11 november 1918.

De Britse pothelm met gekruiste vlaggen domineert het monument.

Plaque aan de kerk Rue Comte Cornet en Rue Grande in Maisières die herinnert aan 4 Britse eenheden die hier op 23 augustus slaags raakten met de Duitse voorhoede.

De locatie aan de kerkmuur. Een poppy-krans markeert de plek.

De kruising waar de kerk aan ligt, luttele kilometers van Mons.

Even verderop richting het oosten staat het fraaie dorpsmonument van Maisières. Op de zijden van het monument worden de Britse legereenheden geroemd die hier in 1914 hun opwachting maakten.

De genoemde militairen werden eerst op de begraafplaats achter het monument begraven. Ze werden later overgebracht naar St. Symphorien, de grote Gemenebestbegraafplaats ten oosten van Mons.

De Britse divisies groeven zich in langs het kanaal du Centre. Onderdelen van de 4th Royal Fuseliers wisten aanzienlijke verliezen toe te brengen aan de Duitse kolonnes met 2 goed gepositioneerde machinegeweren.

Het bescheiden monumentje met plaque wordt ter attentie gebracht door een van de grote borden van het Mons VVV. Op de plaque worden de eerste 2 Victoria Crosses van de oorlog herdacht, gewonnen door de machinegeweerschutters.

 

-V-

Terug naar top