De Marne in beeld(57)
Van Connantre via Corroy, Pleurs en Linthelles, naar Sézanne

 

Klik op de foto voor een vergroting

Eerste paneel van een lange trieste rij met de namen van de soldaten in het enorme kameradengrab op de Deutsche Soldatenfriedhof Connantre.

Toegang tot Cimetière communal de Connantre.

Naast twee Britse graven uit de Tweede Wereldoorlog staat een klein monument voor korporaal Louis Benard, aanvankelijk opgericht op initiatief van zijn moeder op de plaats van zijn dood, aan de rand van een bos.

In 1975 werd het monumentje teruggebracht naar de gemeentelijke begraafplaats van Connantre.

Fraaie emaille plaat ter nagedachtenis van Narcisse de Moret op de Cimetière communal de Connantre.

Het interieur van de Église Notre Dame in het dorpje Corroy. Aan de wand links in het koor is een opvallende plaque te vinden. 15 dorpsgenoten worden er op herdacht.

De plaque bevat een aantal aardige details: de poilu kijkt naar de figuur van Vercingetorix, de Galliër uit de Auvergne, die in 52v.Chr. de Gallische stammen wist te verenigen in de grote opstand tegen de Romeinen. Een geestelijke in uniform wenst een poilu de eeuwige rust. Een casque Adrian, engelen, Maria met kind en Jezus aan het kruis sieren de boven en onderkant. De trotse haan staat op een soort kanonsloop die vuurt.

Detail van de plaque. De poilu houdt de Franse driekleur vast terwijl hij de zegen ontvangt.

De Église Saint Martin in Pleurs.

Op de cimetière rond de kerk zijn soldatengraven te vinden.

Het graf van vlieger Henri Capelle.

Graf van infanterist R. Keverlet.

Graven van 6 gerepatrieerde dorpsgenoten onder een gerafelde driekleur op de Cimetière communal de Pleurs.

Twee Duitse 105 mm houwitsers flankeren het dorpsmonument van Linthelles.

De geschiedenis van de kanonnen staat vermeld op een bescheiden plaque achter het monument.

Overzicht van de keurige opstelling in Linthelles.1 van de plaques op het monument memoreert de 10 soldaten die in de lazaretten in het dorp in 1914 stierven.

Jaar van productie op het affuit van een van de houwitsers.

Het stadsmonument van de charmante stad Sézanne staat naast de imposante en fraaie Église Saint-Denis.

Centraal op het monument ligt een stervende poilu.

Het monument is van de hand van Marius GIOT (1897-1980). Een engelenfiguur waakt over de stervende soldaat. Aan weerszijden zijn ornamenten aangebracht, zoals de karakteristieke gourde poilu model 1877.

Een zeer fraai tafereel bevindt zich op de achterkant van dit monument. Het speelt zich af in een loopgraaf (getuige de dug-outs, handgranaten en het prikkeldraad).

Een zwoegende poilu met schep op het monument aux Morts en Sézanne.

Michelinbord met verwijzing naar de Nécropole Nationale de Sézanne.

De toegang tot de begraafplaatsen van Sézanne aan de noordkant van de stad langs de D39.

De geschiedenis van deze begraafplaats wordt uitgelegd op een recent informatiepaneel. Het CWGC-bordje verwijst naar de aanwezigheid van Britse graven. Op het civiele deel richting de Nécropole zijn diverse Franse soldatengraven te vinden, zoals dat van Jean Ligoret.

Officieel heet Ligoret Léon Auguste. Hij diende bij het 70e régiment d'infanterie (70e RI) en overleed aan een ziekte op 4 februari 1917 in een lazaret.

Sfeerbeeld van de Cimetière communal de Sézanne. Centraal is het monument op de Nécropole zichtbaar onder de Franse driekleur.

123 Britten liggen hier begraven, zonder uitzondering gesneuveld in het jaar van de overwinning, 1918.

Het fraaie monument zonder titel werd op 15 juni 1924 door Maréchal Franchet d'Esperey onthuld. De poilu houdt de wacht in een loopgraaf, voorzien van geweer en handgranaten.

Rechts een fraai soldatengraf op Cimetière communal de Sézanne voor R. Feron.

 

-V-

Terug naar top